ELDC BV heeft een systeem ontwikkeld waarmee de preventieve diagnostiek voor de veehouderij een grote stap voorwaarts maakt. Dierenartsen, veevoerfabrikanten, fabrikanten van voeradditieven, inseminatie-bedrijven, product-coöperaties (de afnemers: melkfabriek, vleessector), agrarische ingenieursbureaus, boeren-bedrijfsbezoekers en de boer zelf hebben met deze Farm Management Monitor een krachtig instrument om de bedrijfsopbrengst te optimaliseren, het gebruik van antibiotica tot een minimum te beperken en inzicht te krijgen in het welbevinden van de productiedieren.
Het basisconcept is simpel: Elke veehouder die optimaal en kostenefficiënt wil produceren zal de 5 belangrijke basisblokken (de bedrijfsbasis) in een goede staat moeten houden.
Is één van de 5 basisblokken niet optimaal dan zal dat een negatief effect hebben op de bedrijfsopbrengst
ELDC heeft een groot aantal meetinstrumenten ontwikkeld die de staat van elk van de 5 basisblokken kan meten en de optimalisering ondersteunt.
Metingen in de blokken 1, 2 en 3 hebben als testmonster een tankmelkmonster nodig; de tank is de spiegel van de veehouderij en geeft een gemiddeld beeld van alle melk leverende dieren, of van een groep dieren die apart gehouden worden en aan één melktank leveren. Als het melkmonster steeds op een vast tijdstip, na 6 melkmalen genomen wordt is het beeld van de melkleverende dieren optimaal en vergelijkbaar met andere melkmonsters die op hetzelfde moment genomen zijn.
Elk van de tankmelkmonsters worden maandelijks genomen, naar het lab gezonden. Elke 6 maanden wordt een drinkwatermonster opgestuurd.
Blok 4, die het drachtmanagement ondersteunt, neemt individuele melkmonsters als meetpunt.
Blok 1:
Geitenmelkveebedrijven
Voor elk van onderstaande dierziekten is er een tankmelkprotocol ontwikkeld dat in principe het aantal dieren meet met antistoffen tegen die ziekte. Er volgt dus geen aangetoond of niet-aangetoond resultaat, maar een helder resultaat dat een betekenis heeft. Bovendien is er voor elk van de dierziekten een protocol dat de zieke of dragerdieren opspoort, en zo meehelpt om de ziekte uit te bannen en voorkomt dat de ziekte weer optreedt. De dierziekten die deel uitmaken van de Dairy-FMM zijn:
- ParaTB
- SRLV
- Toxoplasmosis
- CL
- Neospora
- Blue Tongue
- Listeria M.
- Q Fever
- Fasciola
- Salmonella
- Mastitis/MAA
- Afhankelijk van de regio kunnen ook FMD, TB, Brucella, Leukosis, etc. worden toegevoegd aan de monitor.
Blok 2: Voer ik goed?
In een tankmelkmonster kan de gemiddelde waarde van de essentiële mineralen worden gemeten, deze gemiddelde waarde is een maat voor het aanbod in het voer. Is het aanbod hoog dan zal er relatief veel worden uitgescheiden in de melk. Is het aanbod laag dan zal er weinig worden uitgescheiden. Dus ook hier weer is de tank een spiegel van (de voeropname in) het bedrijf.
ELDC heeft meetprotocollen ontwikkeld die specifiek de concentraties van Se4+, Mg2+, (Cu2+), Zn2+, PO43-/P, Ca2+ en I– meten in melk (Ca2+ en I– in eindontwikkeling).
Voor elk van de mineralen die onder een bepaalde kritische waarde zijn kan ELDC een mineralenmix leveren/adviseren die aan het voer of drinkwater toegevoegd, zorgen voor een snel herstel naar de normaalwaarden.
De staat van Blok 2 zegt iets over de weerstand van de dieren.
Blok 3: Voeropslag goed?
Blok 3 meet de kwaliteit van het opgeslagen voer. De aanwezigheid van Aflatoxine M1 in een tankmelkmonster zegt iets over de slechte bacteriologische kwaliteit van het opgeslagen voer of de toegevoegde additieven.
Blok 4:
Toepassen van testen die dracht meten of die ovulatie voorspellen bij individuele dieren, ondersteunt een minimalisering van de tussenkalftijd
Blok 5:
In dit blok worden procedures gebruikt die de kwaliteit van het drinkwater chemisch en bacteriologisch bepalen. Ook worden de niveaus van de sporenelementen gemeten.